NL
en
Menu

Jannie en Evert Bos

Jannie Bos uit Putten
Biologische varkenshouderij in Putten

Sinds 2019 is Jannie Bos actief als educatieboerin. Haar missie: basisschoolkinderen van groepen 1 tot en met 8 en hun ouders bewust maken van wat er allemaal komt kijken bij het (biologische) boerenvak. Maar ook van het feit dat dieren en mensen niet hetzelfde zijn. En waarom boeren bepaalde dingen doen. Via rondleidingen op haar boerderij probeert ze het bewustzijn te vergroten door een reëel beeld van de werkelijkheid te schetsen.

Momenteel verzorgt Jannie zo’n tien rondleidingen per jaar. Aangezien de werkgroep Leren bij de Boer nog in de opstartfase zit, zal dat aantal in de toekomst gaan groeien. Kinderen, maar ook hun ouders, zijn vooral erg onder de indruk en positief verrast, vertelt Jannie. “Dat zie je direct aan die gezichtjes. Ze hebben zoiets van: Wow! Wat is het hier groot. En schoon! En wat komt er veel bij kijken, dat wisten we niet. Kinderen vragen honderduit. Zo willen ze weten hoe zwaar de varkens zijn, hoe oud ze worden, hoeveel biggetjes de zeug krijgt, kunnen ze goed ruiken, dat soort dingen. En het liefst willen ze voelen aan de haren van het varken. Je merkt dat ze het superleuk vinden dat ze zo dicht bij het dier mogen komen.”

Belevend leren
Op de vraag waarom ze zich vooral richt op jonge kinderen, zegt Jannie: “Kinderen moeten zelf nog een mening vormen. En die kun je alleen vormen als je het zelf hebt gezien, dus dat de mening niet wordt opgelegd. Het gaat mij vooral om het belevend leren, dat je snapt waarom dingen zo gaan en zo zijn. Als je daar op jonge leeftijd al mee begint, neem je veel vooroordelen weg. De varkens op onze boerderij hebben een hoge aaibaarheidsfactor. Kinderen en hun ouders vinden het daardoor al snel zielig wat er met deze varkens gebeurt op de boerderij. Dit kan leiden tot een verkeerde beeldvorming van het boerenvak. Daarom wil ik ook graag uitleggen waarom ik als boerin bepaalde dingen doe en waarom die dingen gedaan moeten worden. Daarbij laat ik ook zien, aan de hand van de Schijf van 5, dat we als mens van alles een beetje nodig hebben, ook vlees. Anders zakken we als mens in elkaar, zijn we niet sterk genoeg. Om dat te voorkomen zijn de dieren ons gegeven. Ik probeer daar begrip voor te kweken, maar zal nooit een mening opdringen. Mensen mogen daar uiteraard anders over denken.”

Jannie Bos uit Putten
‘Kinderen en ouders zijn vooral erg onder de indruk en positief verrast.’

Voordat de rondleidingen starten legt Jannie eerst uit waar het varken voor dient. “De kinderen en hun ouders beseffen vaak niet hoe veelzijdig een varken is, want het varken is er echt niet alleen voor de vleesconsumptie. Ik probeer dan ook te laten zien dat het dier voor veel meer geschikt is. Alles van het varken wordt gebruikt, er is geen afval. Je vindt het varken terug in shampoo, snoep, remblokken, insuline, tandpasta, cosmetica, brood, kleurpotloden, porselein, de lijst is bijna eindeloos. Als mensen dat horen krijg je ze al een stuk meer mee en vinden ze het minder zielig.

Overall
Vervolgens krijgen de kinderen een overall aan en gaan we naar de voersilo. Je legt uit hoe het voer erin komt, ‘nee, dat doen we niet met een vliegtuig’, haha! Daarna gaan we naar de stal, waar de kinderen de varkens wat brood mogen voeren. Wat zit er in het voer, hoe komt de brok in de voerbak, hoe wegen we de varkens, hoeveel slaap heeft een varken nodig, voel eens aan die drinknippel, al die praktische vragen komen aan bod, want kinderen en ouders weten vaak niet hoe al die lijntjes lopen. Zo leren ze wat er allemaal komt kijken bij het boeren. Daarbij probeer ik niet al te veel promotie te maken voor het biologisch boeren. Want ook voor de reguliere boer is het hard werken, ook hij heeft het beste voor met zijn dieren. Ik doe het als biologische boer dus niet beter dan de reguliere boer, maar simpelweg anders. Omdat ik geloof in mijn manier van werken.”

Andere emotie
Wat Jannie de kinderen ook duidelijk probeert te maken is dat een varken niet dezelfde emotie heeft als een mens. “Kinderen zien vaak cartoons met daarin pratende dieren, waardoor het lijkt alsof een dier hetzelfde denkt als een mens. Natuurlijk heeft een dier ook emoties, maar het hoeft zich geen zorgen te maken over een opleiding of een hypotheek. Het dier is alleen bezig met overleven, eten en voortplanten. En daarbij moeten wij er als mens goed voor zorgen. Net als de mens kent het dier pijn, angst en stress, maar aan de andere kant stoot een varken in het wild ook zijn jongen af. Iets wat je als mens niet snel zult doen. Dat verschil proberen we met behulp van animatiefilms heel goed uit te leggen aan de kinderen. Wat ik uiteindelijk wil bereiken met de rondleiding is een stukje bewustwording van waarom je bepaalde dingen doet. Zo isoleren we wel eens een varken omdat het bijtgedrag vertoont. De kinderen vinden dat zielig. Maar als ik ze vraag of ze zelf graag worden gebeten, dan zien het plots heel anders. Daar wil ik begrip voor kweken. Een reëel beeld van de werkelijkheid, waarin nu eenmaal niet alles ideaal is. Willen is heel wat anders dan kunnen. Daarnaast wil ik duidelijk maken dat je als boer vaak met de rug tegen de muur staat. Als daar meer begrip voor komt, vind ik het prima. Kijk alleen al naar de regels en wetten waar we ons aan moeten houden. We doen als boer allemaal ons best en met een stuk openheid naar de buitenwereld toe willen we dat ook laten zien. En begrip kweken voor het feit dat dingen zo zijn als ze zijn.”

Jannie Bos uit Putten
Biologisch boeren

Jannie merkt bij het bezoek van de scholen heel goed dat biologisch boeren toch een heel andere klank heeft dan het reguliere boeren. “De drempel voor scholen om bij een biologische boer binnen te stappen ligt veel lager. Zo krijg ik wel eens reactie van leerkrachten in de trant van: ‘Een varkenshouderij? Oh nee, daar wil ik echt niet naartoe met de kinderen!’ Maar als ze vervolgens horen dat het om een biologisch bedrijf gaat, slaan ze plots helemaal om en staat de school er wél voor open. Wat ik daar vaak heel lastig aan vind is dat mensen al snel zeggen dat biologisch echt veel beter is. Nogmaals, ik doe het niet beter, maar anders. Onze stallen zien er anders uit, we voeren op een andere manier, onze dieren krijgen meer ruimte en bewegingsvrijheid en we gebruiken biologisch voer, dat geteeld is zonder chemisch-synthetische bestrijdingsmiddelen. Aan het eind van elke rondleiding geef ik de scholen en ouders een enquête mee. Uit de ingevulde formulieren die ik terugkrijg maak je duidelijk op dat men hier veel positiever is weggaan dan gekomen. En dat is natuurlijk super.”